Reisverhalen            FotoSite            Gastenboek


Ligurië

Riviera dei Fiori - Bloemenriviera   en    Parco Nazionale delle Cinque Terre



April 2004
We trekken met de camper naar Ligurië in Italië, naar de "Riviera dei Fiori of Bloemenriviera" en naar het "Parco Nazionale delle Cinque Terre".





Regio Liguria ligt in het noordwesten van Italië. De hoofdstad is Genua. Ligurië omvat de provincies Genua, Imperia, La Spezia en Savona en strekt zich uit in een smalle lange boog langs de Ligurische Zee, de Golf van Genua.

Zondag 18 april
We willen via Frankrijk naar San Remo - in Menton de grens over naar Italië. Volgens onze planning is dit ongeveer 1300 km. We zullen onderweg moeten overnachten.
Normaal slapen we ergens op een parking van de péage. Vrienden hebben ons dit achteraf afgeraden; het zou veel veiliger zijn de autoweg te verlaten en ergens een rustig plaatsje te zoeken om te overnachten

Maandag, 19 april
In de vroege namiddag arriveren we in San Remo (Provincia dei Imperia)
Hier vinden we een beveiligde parkeerplaats voor campers en vrachtwagens (6 euro - geen voorzieningen). Vlak er naast is de "camping Villaggio dei Fiori".
Het is onze eerste reis naar Italië, we zijn leken wat camperreizen betreft en zitten nog vast aan onze gewoonten van caravanist. Rondtrekken met een camper betekent onze "vrijheid" maar we houden het graag veilig en appreciëren het comfort van modern sanitair. Het wordt dus de camping.
Het is een grote, mooi met planten aangelegde, aan zee gelegen camping met zuiver sanitair, maar nogal duur - 24 euro per nacht + 6 euro extra voor een luxe plaats direct aan zee.
Tijdens ons verblijf hier maken we kennis met onze buren. Zij staan hier voor 13,5 euro per nacht + 6 euro voor de luxeplaats doordat ze gebruik maken van campingcheques (thuis zullen we ons informeren over die cheques!).

villagiodeifiori.jpg                  villagiodeifiori2.jpg


Dinsdag, 20 april
Vandaag verkennen we San Remo.
Vòòr de camping nemen we de bus tot de haven.
Van hieruit gaat het verder te voet. Eerst door het drukke, toeristische centrum van de moderne stad. Een van de trekpleisters is het bekende Casino en in de buurt ervan een bijzonder mooi Russisch-Orthodox kerkje met iconenmuseum. De Romaansgotische kathedraal San Siro (XIIIe eeuw) krijgt ook onze onverdeelde aandacht.
Nadien komen we terecht in de oude stad "La Pigna" met een wirwar van smalle, overwelfde straatjes, middeleeuwse huisjes en eindeloze trappen. Als we uiteindelijk alle trappen achter ons hebben, komen we in een stadspark. Van hieruit hebben we een prachtig zicht; de stad, de haven en de zee liggen hier werkelijk aan je voeten liggen.
Gewoontegetrouw zijn we ook vandaag binnengestapt in een toeristenbureau voor uitgebreide info over de streek. Hier in San Remo was de dienst uiterst behulpzaam. Overladen met brochures en goede raad zijn we nadien naar het station getrokken en hebben een ticket gekocht waarmee we de hele week met alle openbaar vervoer kunnen reizen. We hebben gezien hoe die Italianen door de drukke stad scheuren en hoe daartussen al die vespa's snorren. Geef ons maar het openbaar vervoer.

Woensdag, 21 april
Al vroeg in de morgen nemen we, met rugzak en picknick geladen, de bus richting Ventimiglia. Van Ventimiglia verder richting Franse grens naar de "Hangende Tuinen van Villa Hanbury". Vergezeld van een stralende zon flaneren we door de tuinen met tropische bloemen, olijfbomen,wingerds, ... en we zijn hier niet alléén om fotootjes te schieten... de RAI is hier ook ijverig bezig. Hoe ontspannend en rustgevend het ook is om hier zo rond te hangen, toch willen we terug.
Om 15.00u nemen we de bus naar Ventimiglia.
In San Remo is het ons opgevallen dat bijna alle strand "privé-strand" is - je moet een terrasje doen om aan het water of op het strand te geraken. Alleen links van de haven is een klein strookje openbaar strand.
Hier in Ventimiglia is het strand voor iedereen en het panorama is apart.
Waar je ook kijkt, het is de moeite!
Je ziet de zee; draai je om en je ziet in de verte de besneeuwde toppen van de Alpen. Aan de rechterflank van de Roia, de rivier die hier in de zee mondt, zie je in de hoogte de middeleeuwse stad met oude opeengestapelde huizen; aan de linkerflank zie je de hedendaagse stad.
We doen hier een terrasje, hangen rond en genieten. Pas in de vooravond nemen we een bus terug.

Donderdag, 22 april
Vandaag trekken we tot het bergdorp Pigna en zakken na de middag af naar Dolceácqua.
Als we in Pigna aankomen, zijn we helemaal alleen, geen toeristen te bespeuren maar ook geen bewoners van het dorp. Niemand om info, laat staan de weg, te vragen. Wonen en leven hier wel mensen?
In de verte zien we Castelvittorio. De kerktoren van San Vittorio steekt hoog boven de rode daken van de oude huizen uit. We volgen onze neus. Door enge straatjes, langs kleine oude huisjes opgefleurd met bloemen en planten, wandelen (klimmen) we naar het hoogste deel van het dorp. Het is aangenaam, maar vermoeiend.
Het is opvallend dat ieder dorpje, zelfs zo'n klein bergdorpje als Pigna, een bijzonder mooi en weelderig kerkje heeft (San Michele = XVe eeuw).
Tegen de middag hebben we zowat het hele dorpje gezien. We hebben nog een uurtje voor de bus komt die ons naar Dolceácqua brengt. Daarvan profiteren we en verwennen onszelf met een snack en een drankje op het enige terrasje dat hier is. We genieten van de zalige rust.
Maar niet lang, de bus brengt ons naar Dolceácqua . Reisbussen lossen en laden toeristen. Allemaal willen ze de brug en het kasteel van de Doria's zien en ervaren wat de aantrekkingskracht is die deze plaats uitoefende op Claude Monet. Weer smalle straatjes en oude huizen die als het ware in de rotsen zijn gehouwen. Mooi, anders, niet te vergelijken met Pigna.

Vrijdag, 23 april
lino.jpg Na overleg besluiten Willy en ik om verder te trekken, dichter bij Imperia.
's Middags zijn we geïnstalleerd op Camping Lino in Cervo.
Weer een camping aan zee, deze keer met eigen strand.
Na de innerlijke mens versterkt te hebben, verkennen we te voet het "hangende dorpje" Cervo.
De kleine, oude huisjes en de smalle overwelfde straatjes beginnen we gewoon te worden. Wat hier opvalt, zijn de pastel- en aardekleuren van de gevels en de weelderige tropische bloemen, planten en de olijfbomen. De majestueuze Barokkerk San Giovanni Battista stond in de "steigers". We kunnen zelfs niet genieten van de buitenkant.

Zaterdag, 24 april
Imperia, hoofdstad van de Provincie Imperia, wordt door de rivier Impero in tweeën verdeeld: Oneglia en Porto Maurizio.
Met de bus bereiken we Imperia Porto Maurizio en bezoeken de kathedraal (neoklassieke stijl). Nadien zoeken we een gezellig plaatsje om te picknicken. We willen uitwaaien aan zee en volgen kilometers promenade, genietend van de zee en de natuur. Uiteindelijk nemen we moe en voldaan de bus terug naar Camping Lino. Als afsluiter verwennen we ons met een etentje in een klein restaurantje, waar volgens kenners alle dagen verse vis geserveerd wordt, op een terrasje met tropische planten en zicht op zee.

Zondag, 25 april
Met de bus komen we in Andora. Vanaf hier zijn we in de Provincia di Savona. We willen naar Laiguéglia, een vissersdorpje zonder haven, waar de vissers hun bootjes op het strand trekken en ter plekke hun vangst verkopen. Jammer, 't is zondag en er valt niet veel te beleven. Eén enkele visser maakt, met behulp van een paar mannen, zijn netten leeg. In het net hangt een "heremietkreeft".
Laiguéglia is een charmant dorpje. Langs de zee wandelen we tot het toeristische Alássio en keren van hieruit met de bus terug.

Maandag, 26 april
Het is weer tijd om verder te trekken.
Onze bestemming: Provincia della Spezia, Deiva Marina, Camping La Sfinge, gelegen in een bos met pijnbomen.
Van hieruit is "Parco Nazionale delle Cinque Terre" gemakkelijk te bereiken (15 minuutjes trein) en dat is wat we willen. Maar we zijn er nog niet!
Van een routeplanner hebben we zorgvuldig de weg genoteerd. Het lijkt simpel, tot we de autosnelweg verlaten. De te volgen weg ligt tussen de zee en een steile rotswand. Vóór een tunnel moeten we een kwartier wachten want je kunt maar in één richting tegelijk door.
tunnel.jpg Geen probleem, het is vakantie.
Als we eindelijk doormogen ondervinden we dat de tunnel behoorlijk eng is; het is eigenlijk een resem aaneengeschakelde tunnels. Ik vraag me af of dit wel de goede weg is naar Deiva Marina. Dan plots zijn we uit te tunnel(s) en moeten terug aan de kant wachten. Er volgt nog zo'n tunnel. Maar, dan bemerken we een bord waarop staat dat "vrachtwagens en campers" niet doormogen.
Wat nu? We kunnen niet omdraaien want we staan in een file te wachten tot het licht op "groen" slaat. Ik stap uit en ga uitleg vragen aan een Italiaan achter ons. Hij verstaat geen Frans of Engels, ik versta geen Italiaans. Maar, ik begrijp toch dat hij me wil duidelijk maken dat het geen probleem kan zijn om toch door te rijden aangezien onze camper niet "oversized" is. Ik ben er helemaal niet gerust in, tot ik in de rij auto's die nu doorkomen een gelijkaardige camper zie. Als die doorkan, zullen wij ook wel doorkunnen.
En ja, het was erg spannend en heel nipt maar het is ons gelukt.
Achteraf blijkt dat we simpelweg een afrit verder de autosnelweg moesten verlaten en dan enkele kilometers naar beneden de berg afrijden.

lasfinge.jpg Tegen de middag arriveren we in Deiva Marina,
Camping La Sfinge.
Maar de camping is volzet. Zoals verschillende anderen installeren we ons op de parking van de camping.

Nadien treinen we naar het "Parco Nazionale delle Cinque Terre".



We schaffen ons direct een driedagenticket aan. Dit is voordeliger en eenvoudiger dan telkens te moeten aanschuiven en wachten. De trein, de pendelbusjes en wandelpaden zijn inbegrepen.

De Cinque Terra bestaat uit 5 vijf eeuwenoude dorpjes: Monterosso, Vernazza, Corniglia, Manarola en Riomaggiore. Ze zijn tegen de rotswanden aangebouwd tussen de zee, de stranden en de heuvels. De 18 km lange kustweg die de dorpen met elkaar verbindt, is één van de beroemdste van Europa; een uniek stukje Ligurische kust. Met de trein kan je gemakkelijk in een paar minuten van het ene dorpje naar het andere; het kan ook met de boot of via de wandelweg die de dorpen met elkaar verbindt.

muurbouwen.jpg Duizenden jaren hebben mannen en vrouwen hier gewerkt, verschillende generaties lang,
stenen op elkaar gestapeld en stenen muren gebouwd met droge stenen,
zonder enig bindmiddel of cement.
De Apennijnen dalen hier steil af naar zeeniveau. De flanken zijn begroeid met wijngaarden.
Een uniek landschap dat terecht door de Unesco als "Wereld Erfgoed" is herkend.
Het gebied is ook ontworpen als een Nationaal Park om zo het karakteristieke landschap te beschermen.

Ieder dorp heeft zijn eigen karakter. Auto's worden hier geweerd en zijn in de dorpskernen niet toegelaten. Hoewel nog voorjaar (april) zijn er behoorlijk veel toeristen. Wat moet dit zijn in het hoogseizoen?
Vandaag slenteren we rond in Monterosso, het enige stadje met zandstrand. Het heeft een kasteel en een klooster uit de 17e eeuw. Het water is glashelder en blijkt ijskoud. Je hoeft niet te duiken om de onderwaterflora en -fauna te zien. Het uitzicht is prachtig.

Dinsdag, 27 april
Vandaag pendelen we direct tot Manarola. Van hieruit wandelen we naar Riomaggiore. Dit is het mooiste stuk van de kustwandelweg en is bekend als de "Via dell'Amore". De wandelweg is uitgesneden uit de rotsen. Hier is ook een haventje. Met een boot varen we verder tot Portovenere. De boottocht is een verademing. We volgen zo'n 10km de rotsige kust. Al bij het aanvaren van de baai worden we vergast op een bijzonder uitzicht. Bovenop de rotsen staan een mooi kerkje en de ruines van een "Castello", pal aan de ingang van de smalle zee-engte. De oude haven ligt schilderachtig in de diepe inham, in de Golf van Spezia.
Portovenere hoort niet tot de Cinque Terre, maar is toch een "must" in deze reis, vooral omdat Willy en ik houden van de zee, havens, forten, kastelen, ruines en oude steden. We hangen rond tussen de oude huizen, smalle straatjes en doen een terrasje. De tijd is weeral om; we nemen de laatste boot terug.

Woensdag, 28 april
Onze laatste dag in de Cinque Terre. We starten vandaag in Manarola (gesticht in de 12e eeuw), het meest karakteristieke en stilste dorpje van de Cinque Terre. Aan de andere kant van de haven is een mooi park. Dit is de plek waar je prachtige uitzichten hebt over het stadje en hier is ook het vertrekpunt voor de korte wandeling naar Corniglia.
Corniglia is beroemd om zijn wijn- en olijfgaarden en ligt hoog op de kliffen aan zee. Van het station kom je in het dorpje door "377 treden" te beklimmen of je kunt het pendelbusje nemen.
Het wandelpad van Corniglia naar Vernazza loopt door olijf- en wijngaarden. Het is een van de mooiste en steilste stukken van de kustweg. Regelmatig zijn "rustplaatsen" voorzien. Zalig om hier even te pauzeren en te picknicken. Zicht op zee, de rotswand in de rug en een strooien dak boven je hoofd als bescherming tegen de zon. Gewoon genieten!
Vernazza is heel populair. De attractie hier is een Ronde Toren en ruïnes van middeleeuwse forten. Er is een klein haventje en een gezellig dorpspleintje aan zee.
Hier beëindigen we ons bezoek aan het unieke Parco Nazionale dello Cinque Terre. Het is mooi geweest! Met de trein komen we terug in Deiva Marina.

Nog een paar dagen en onze vakantie zit er op. De terugreis is gepland voor zaterdag. Tot hiertoe was dagelijks een heerlijk lentezonnetje van de partij. Vanaf morgen zou het kunnen dat de regen een spelbreker wordt.

Donderdag, 29 april
Volgens vrienden zijn Portofino en Camogli plaatsen die we zeker moeten aandoen als we in deze streek zijn.
Dus verplaatsen we ons naar Rapallo (Provincia di Genova). Rapallo is een grote, drukke stad gelegen tussen de autoweg A12/E80 en de zee.
Het is al een stukje van onze terugreis.
miraflores.jpg Ongeveer 10u zijn we ter plaatse.
Pal aan de afrit ligt Camping Miraflores.
Goed als doorreisverblijf want helemaal niet rustig gelegen. 't Is net of de snelwegauto's voor je camper voorbij razen.

Ondertussen is het, zoals voorspeld, beginnen regenen.

Vandaag gaan we naar het vissersdorpje Camogli. Morgen willen we vanuit de haven van Rapallo per boot naar Santa Margherita en Portofino. Ondertussen blijft het regenen, regenen, gieten.
Bij de receptie geven ze ons de (niet voorbarige) raad om de camper te laten staan en ons te verplaatsen met het openbaar vervoer. Het blijft regenen. Gewapend met regenjas en paraplu nemen we eerst de bus tot het centrum van Rapallo. Hier nemen we de trein naar Camogli.
Het vissersdorpje Camogli ligt in de Golfo Paradiso. Ondanks de regen ziet het er schilderachtig mooi uit, net een postkaart. De vroegere vissershuizen, smal en hoog, zijn kleurrijk gerestaureerd en in geel, roze, rood ... geschilderd. Ook de meeste façades zijn beschilderd. Onder een boog door kom je in de oude haven. Op een palenrek hangen de visnetten. Behalve vissersboten liggen hier ook grote jachten en ferry's aangemeerd. Ooit was Camogli bekend om zijn vloot van "Thousand White Sailing Ships" die in het midden van de 18de eeuw de grootste was van de Middellandse Zee.
Het historische centrum situeert zich rond de haven. De 11e eeuwse basiliek, met een neoklassieke façade heeft een Barok interieur met een rijkdom aan marmer, fresco's en schilderijen. Wil je de verlichting aan in de kerk dan moet je daarvoor 3 euro in een automaat stoppen. Maar het loont de moeite!
Hoog op een rots, bijna in zee, ligt het "Dragon Castle". Dit vroegere verdedigingsfort huisvest nu een "Aquarium" en een "Nautical"museum. Willy en ik genieten met volle teugen ondanks de regen die maar niet stopt. Vanonder mijn paraplu maak ik de prachtigste foto's, net schilderijtjes. Jammer, dat onze reis bijna ten einde is. We komen hier zeker terug.
En het regent, regent, en blijft regenen...
Terug in onze camper overleggen we wat ons te doen staat. Volgens het weerbericht blijft het de eerste dagen regenen. In zo'n weer is het niet prettig nog langer te blijven.
We besluiten om morgen aan de terugreis te beginnen. We komen stellig een keertje terug en besteden dan alle tijd aan Portofino, San Margherita, ... en wat we nu gemist hebben.

Vrijdag, 30 april
We reizen naar huis via Milaan, de Fréjus tunnel, alternatieve wegen tot voorbij Lyon en verder via de péages, Luxemburg, België naar Veerle-Laakdal "Home sweet Home".



Groetjes van Willy en Andrea
Veel leesgenot !!!



REISVERHALEN                   FOTOSITE                   Reacties welkom in ons GASTENBOEK