Camperreisverhalen Fotosite Gastenboek
!!! Klik op de foto's voor vergrote foto's en op de links voor meer foto's !!!
Op alle foto's is een copyright van toepassing.
Gebruik van één of meerdere foto's mag mits vermelding van mijn naam als fotograaf.
Foto's gemaakt door Willy Horions en Andrea Brewée met Nikon D7100 en Sony HW10V
Oviedo Oviedo |
Dinsdag, 12 september - Van Barreiros naar Oviedo 25°C, het wordt een zomerse dag.In Oviedo zoeken we de Eroski om te tanken en de voorraad aan te vullen. Tegen de middag staan we geparkeerd op de camperplaats in de Barrio de la Corredoria. Na de lunch bussen we naar het centrum van de stad. Een kwartiertje later staan we in de Calle Uria. Vlakbij, op de hoek van het Park Campo de San Francisco, is een Oficina de Turismo waar we een stadsplan halen. Aan de hand van dit plan starten we een bezoek aan de stad. Wegwijzers zijn er niet. Wel hangt aan het begin en einde van iedere straat een mooi bronzen plaatje met de straatnaam. Er moet dit weekend een of ander feest geweest zijn want overal wordt druk gewerkt aan het ontmantelen van standjes en podia. Dat is niet fijn voor ons want dat belemmert het foto's maken. We komen voorbij de Catedral de San Salvador, het Museo de Belles Artes, het Bisschoppelijk Paleis, de Universiteitsgebouwen, de Iglesia San Isidoro en het stadhuis. Het straatbeeld wordt bepaald door bronzen "Esculturas" die overal opduiken. Op de hoek van het gezellige Plaza del Fontán, nemen we pauze in een bijzonder sfeervol cafeetje. Tot hiertoe liepen we eigenlijk kriskras door de stad want het stadsplan is heel onduidelijk. We zien veel maar we missen ook veel. We beslissen om naar het Palacio de Congresos, een futuristisch gebouw van de Spaanse architect-ingenieur Calatrava de Santiago, te stappen. Onder andere de Stad der Kunsten en Wetenschappen in Valencia, de Zubizuribrug in Bilbao, het Station Luik-Guillemins, ... zijn projecten van Calatrava. Als we de weg er naartoe vragen, horen we dat men in Oviedo allesbehalve tevreden is met het "Palacio de Congresos". Ze vinden het ronduit lelijk en er zijn ook heel wat constructiefouten. En dat na 9 jaar bouwen met een kostenplaatje van 79 miljoen euro! Je zou voor minder ontgoocheld zijn. Deze omstreden constructie willen we absoluut zien. Het wordt een wandeling van ongeveer een kilometer. Onderweg passeren we het moderne Auditorio Principe Felipe en de opmerkelijke kerk Iglesia de San Francisco. Bij het "Congresgebouw" aangekomen, zien we dat dit niet de ideale plaats is om dergelijk gebouw neer te planten. Het ligt volledig ingesloten. Met een flinke omweg komen we weer in het centrum en de Calle Uria. Bus C1 brengt ons terug naar de Barrio de la Corredoria. Oviedo is een mooie stad maar voor ons was het een doolhof. Dag 12 - 156 km |
Santuario de Covadonga: Tunnel van de Heilige Grot naar de Basiliek |
Woensdag, 13 september - Van Oviedo via Cangas de Onis, Covadonga en Mirador de Fitu naar Garaña 26°C: Van Oviedo rijden we naar Cangas de Onis. Op een grote parking zijn 4 plaatsen voorzien voor campers. Het valt mee. Er is nog één plaatsje vrij. Heel vervelend aan deze camperplaats is dat je achter elkaar staat. 2 van de 4 campers kunnen niet weg zonder dat de anderen zich verplaatsten.Het busstation is vlakbij. Een ticket heen en terug naar het Santuario de Covadonga kost 3 euro, naar de Meren van Covadongo kost 8 euro. 11.00 u: De bus vertrekt naar het bedevaartsoord Covadonga. Van de bushalte volgen we een klimmetje en komen bij rotsen met een waterval en een fontein. Boven op een heuvel prijkt de basiliek Santa María la Real. Met een rits trappen komen we bij de Santa Cueva of Heilige Grot waar een massa toeristen of zijn het bedevaarders zich verdringt om in het heiligdom te komen. Achter de kapel lopen we door een tunnel in de rotsen tot aan de straat die naar de basiliek leidt. De basiliek is gebouwd tussen 1877 en 1901 in neoromaanse stijl. Het interieur van de basiliek is sober. Van hierboven hebben we een schitterend zicht over het landschap rondom. Covadonga valt bijzonder mee. Achteraf vernemen we dat de helderblauwe gletsjermeren van Covadonga bijzonder prachtig zijn. We waren in de buurt (12 km) en hebben het jammer genoeg gemist. |
Cangas de Onis: Romeinse Brug |
13.00 u: Terug in Cangas de Onis. Na een snelle hap trekken we de stad in.
We zien er de bekende Romeinse Brug, het Stadhuis, de Iglesia Santa Maria, de Kapel van Sante Cruz met binnenin de dolmen, ... Na een paar uur zijn we weer in de camper. We vragen ons af of we hier zullen overnachten of doorrijden. Het wordt doorrijden. |
Mirador del Fitu |
17.00: Op weg naar Camping Palacio in Garaña. We volgen de AS260, een stijgende, kronklende baan met haarspelbochten. Het landschap is eindeloos. Bij de Mirador del Fitu houden we halt om er te genieten van het immense panorama met voor ons de Picos de Europa en in de verte de zee. We doen hopeloze pogingen om dit digitaal vast te leggen. |
Weer op weg. Vanaf de Mirador zakken we kronkelend naar zee waar we een twintigtal kilometer de snelweg A8 volgen.
Vanaf hier stuurt de GPS ons met een ongekleurde weg richting Garaña. In Garaña aangekomen, zegt TomTom "bestemming bereikt".
We gaven nochtans de camping in en die is niet te vinden. Het was onze bedoeling om hier een paar dagen te blijven om te wandelen naar de mooie rotsstranden Playa de Cuevas del Mar (± 3,5 km) en naar de Playa de Guadamia met de Bufones de Pria (1,7 km). We zijn ontgoocheld. Op de koop toe begint het te regenen. 19.00 u: Willy stalt de camper op de eerste parking die we tegenkomen. Na overleg beslissen we om hier te overnachten. Volgens TomTom staan we op een naamloze weg in LLanes en vier kilometer van de zee. Dag 13 - 122 km |
Donderdag, 14 september - Van Garaña naar Bilbao Het regent! We vergeten de "niet te vinden playas" en rijden naar Bilbao, naar de camperplaats Autocaravaning Kobetamendi.12.00 u: 19°C, bewolkt en droog. Ingecheckt, geïnformeerd en geïnstalleerd op een geweldige plaats met panoramisch zicht over Bilbao. Een verblijf kost 15 euro, alles inbegrepen (stroom, wifi, ...). De camperplaats ligt op een heuvel aan de buitenrand van de stad. Dichtbij is een bushalte. 13.00 u: Voor 1,25 euro bussen we naar het centrum. Na een half uur stappen we uit bij het busstation Bilbao-Atxuri. Honderd meter verder zien we de Iglesia de San Antón met er tegenover de indrukwekkende Mercado de la Ribera. Het gebouw lijkt op een boot en ligt aan de rivier de Nervión. Ze staat in het Guinness Book of Records als de grootste overdekte markt in Europa. Ze heeft drie verdiepingen. Binnen moet het uitzonderlijk zijn. De markt is ontworpen zodat ze veel natuurlijk licht binnenlaat, zelfs de vloeren laten licht door. De inwoners kopen hier hun groenten, fruit, vlees en vis. En... je kan er ook terecht voor een hapje en een drankje met zicht op de rivier. Jammer dat de markt net gesloten is. Aan de hand van het stadsplan dat we in de receptie kregen, zoeken we de weg naar het Guggenheim Museum. We volgen de rivier, steken de Puente La Merced over en stappen langs de andere oever tot het Santander Station La Concordia met zijn typische Art Nouveau-gevel. Even verder komen we met de Puente del Ayuntamiento op de andere oever bij het historisch Ayuntamiento, het Stadhuis. Op het plein staat een stalen monument "Variante ovoide de la descocupación de la esfera", van de Baskische beeldhouwer Jorge Oteiza, dat de zorgen over werkloosheid belichaamt. We wandelen langs deze oever van de rivier tot de Zubizuribrug, een voetgangersbrug die de rivier Nervión overspant. (Zubizuri betekent "Witte Brug" in het Baskisch.) De brug werd gebouwd naar een ontwerp van de Spaanse architect Santiago Calatrava. Aan de overkant van de brug rijzen de Isozaki Atea tweelingtorens op, de hoogste residentiële gebouwen in Bilbao en het Baskenland. De torens, ontworpen door de Japanse architect Arata Isozaki, zijn 83 meter hoog en hebben van 22 verdiepingen. |
Mercado de la Ribera De Zubizuribrug van Calatrava met daarachter de Isozaki Atea tweelingtorens |
Via de Zubizuri brug komen we op de andere oever en arriveren eindelijk bij het wereldberoemde Guggenheim Museum, hét symbool van de stad. Het werd gebouwd door de Kanadese architect Frank Gehry en geopend voor het publiek in 1997. Vooral het gebruik van titanium maak dit futuristisch gebouw speciaal. Titanium is een sterk metaal, licht, erg corrosiebestendig en bestand tegen extreme temperatuurschommelingen. De sierlijke rondingen van het bouwwerk wekken de indruk dat het een schip is. De dakramen van de grootste galerij (bekend als de Fish gallery) lijken op de vinnen van een vis. Veel onderdelen zijn louter decoratief. De vaste collectie van het museum is niet bijzonder maar er zijn ook altijd tijdelijke tentoonstellingen. Rond het museum staan bezienswaardige kunstwerken. Aan de Nervión, naast de La Salvebrug, staat de "Mamá", een 10 meter hoge metalen reuzespin van de hand van de Franse kunstenaar Louise Bourgeois. Pal voor het Museum staat de "Puppy", een 12 meter hoog kunstwerk dat in 1992 vervaardigd werd door de Amerikaanse kunstenaar Jeff Koons. De hond bestaat uit 70.000 levende bloemen en heeft een winter- en zomervacht die door het Guggenheim wordt onderhouden. Na ons bezoek aan het Guggenheim Museum schieten we een pak foto's van dit extravagant en fotogeniek gebouw. |
Ingang Gugenheim Museum en "Puppy" |
Vrijdag, 15 september - Bilbao Regen, regen, de hele voormiddag regen. Toch plannen we nog een uitstap naar het centrum. Of toch niet. De regen blijft neerplenzen. Gelukkig staan we hier prima. We hebben stroom en wifi. We krijgen de dag wel om.Dag 15 - Overnachting: Spanje, regio Baskenland, provincie Biskaje, 48001 Bilbao, Monte Kobeta 31, Autocaravaning Kobetamendi |
Zarautz: Kunstwerk op promenade |
Zaterdag, 16 september - Van Bilbao naar Zarautz Het blijft maar regenen. Het wordt een moeilijke beslissing. Blijven we nog een dag hier met het gevolg dat we misschien een hele dag huisarrest hebben? Of, rijden we naar een volgende bestemming?10.00 u: Op weg naar de kust, naar Zarautz. We staan weer voor een keuze. Wordt het een camperplaats of wordt het een camping? Omwille van de veiligheid opteren we voor een camping. Dichtbij de zee is een Acsi-camping (17 euro). De camping ligt hoog op een heuvel aan de rand van Zarautz. Bij het strand en in het stadje geraken kan alleen via een lange, sterk dalende trap. Jonge lui doen dit zonder verpinken in wetsuit en met waveboard onder de arm. Voor ons is het iets lastiger. Maar toch, na de afdaling zijn we bij het strand en de zeepromenade die bezaaid is met kunstwerken. Ook het centrum van Zarautz valt mee en we maken hier voor het eerst kennis met "Pintxos", de Baskische versie van de Spaanse "tapa". Ondanks het wisselvallig weer (regen, geen regen, weer regen, ...) genieten we van de wandeling. Het samenspel van wolken, zee, natuur en de omliggende bergen zorgt voor aparte plaatjes. Er hangt zelfs een regenboog! Minder aangenaam is het terugkeren. De lange, sterk stijgende trap naar boven vraagt een extra inspanning. Het is voor mij nodig om tussendoor even te stoppen om op adem te komen. De jeugd steekt ons moeiteloos voorbij. 19.30 u: Terug thuis ... even uitrusten, douchen en de rest van de avond niksen. Dag 16 - 107 km |
Ayuntamiento San Sebastián "Construcción Vacia" van beeldhouwer Jorge Oteiza Aquarium San Sebastián El puente de María Cristina |
Zondag, 17 september - Van Zarautz naar San Sebastián Zoals meestal volgen we slaafs de richtlijnen van TomTom en worden dus weer in de luren gelegd. De laatste acht kilometer belanden we op een stijgende, kronkelende en vooral nogal smalle weg. Een tegenligger kruisen, die breder is dan een personenwagen, is niet te doen. Komend van Zarautz hadden we beter zo ver mogelijk de N624 richting San Sebastián gevolgd om met een omweg bij de camping te komen. We zijn er zonder builen of blutsen geraakt.De camping (17 euro) is oké. Het sanitair is net, de wifi is gratis en de bus naar de stad stopt in de buurt. 11.00 u: Met de bus (1,70 euro) naar het oude centrum van San Sebastián. Vanaf de busterminal is het maar een paar meter tot de Boulevard en het Oficina de Turismo. We worden super vriendelijk onthaald, bekomen een stadsplan en veel uitleg over wat er te zien en te beleven is in de stad San Sebastián. Er wordt aangeraden een San Sebastiáncard te kopen. Zo'n kaart is 10 dagen geldig in heel de stad en kost 9 euro voor 6 bustickets of 16 euro voor 12 tickets. Bovenop krijg je met de kaart reductie op heel wat attracties, musea, ... zelfs in bepaalde resto's. We kopen er eentje voor 16 euro en hebben dus 12 ritten tegoed. De Boulevard richting haven volgend, horen we vrolijke muziek vanaf een kiosk. Op het pleintje wordt massaal gedanst. Gezellig sfeertje! Op weg naar de haven komen we voorbij het monumentale Ayuntamiento. De haven is geflankeerd is door typische huizen waar zelfs op zondag de was aan de voorgevel hangt. Helemaal aan het einde van de baai zien we een eerste "kunstwerk". Het is een abstract werk in metaal "Construcción Vacia "van de Spaanse beeldhouwer Jorge Oteiza. In Bilbao, vóór het stadhuis, zagen we een sculptuur in dezelfde stijl van deze kunstenaar. Op de terugweg bezoeken we het Aquarium van San Sebastián. Een ticket kost 13 euro (- 10% met de San Sebastiánkaart). De eerste twee verdiepingen zijn eerder een tentoonstelling van boten en schelpen en alles wat met water te maken heeft. De benedenverdieping is een tunnel die ons tussen en onder de vissen door leidt. De vissen zwemmen letterlijk boven ons hoofd. Top! Ondertussen hebben we hoge nood aan een "etentje". In één van de vele Pintxo-bars doen we ons tegoed aan de lekkere hapjes. Een keuze maken is moeilijk. Het ziet er allemaal zo appetijtelijk uit. Staande aan de toog met een pintje er bij genieten we van dit lekkers. In deze bar betalen we 2 euro per pintxo. Willy en ik verkiezen deze "Baskische Pintxo's" boven de "Spaanse tapas". We zetten onze verkenning van San Sebastián verder. Door het oude centrum, langs smalle winkelstraatjes, komen we bij de Basilica de Santa María del Coro. Even verder ligt het Plaza de la Constitución, het belangrijkste en gezelligste plein van de "Parte Vieja". Opmerkelijk aan dit plein is dat alle balkons "een nummer" hebben. Dit is een restant uit de tijd dat hier stierengevechten plaats vonden, wat veel bezoekers trok. Vanaf die balkons had men het beste uitzicht op het bloederige festijn. Daarom werden ze toen verhuurd per nummer. Na een tijdje komen we bij de rivier Urumea, die even verder uitmondt in zee. Bij de Puente Zurriola Hiribidea is de halte voor het busje nr 39 dat van 17.00 tot 20.00 uur pendelt naar het Castillo de Santa Cruz de la Mota op de Monte Urgull. Er blijft nog tijd genoeg voor een wandeling langs de rivier. We passeren het Teatro Victoria Eugenia en het immense Hotel Maria Cristina. Vanaf de Puente de Maria Cristina, een prachtige brug met vier bijzondere lantaarnpalen, snelwandelen we tot de Catedral del Buen Pastor. Daarna haasten we ons naar de bus die ons hogerop, naar de Monte Urgull, brengt. Te voet is het een stevige klim. Het busje rijdt in dit seizoen alleen in het weekend. Met onze pas gekochte citycard is het heel gemakkelijk betalen. Geen gedoe met gepaste munten. Boven op de 123 meter hoge Monte Urgull bevindt zich de ruïne van Castillo de Santa Cruz de la Mota en een 30 meter hoog Christusbeeld dat van overal in de stad te zien is. Op een geïmproviseerd terras met bar lessen we onze dorst en genieten van het uniek uitzicht op de stad, de zee, Playa La Concha, het Eiland Santa Clara, ... 19.00 u: De bus brengt ons naar de camping. We betalen met onze Citycard. Gemakkelijk! Dag 17 - 17 km |
Dit zandstrand in de schelpvormige Concha baai ("Concha" betekent "schelp) verbindt de Monte Urgull
aan de rechterkant met de Monte Igueldo aan het andere uiteinde. In de baai ligt het eiland Santa Clara waar je met een bootje naartoe kan. Het is blijkbaar het "mooiste stadsstrand van Europa". Meer info |
La Concha: gezien vanaf het strand Zicht op Monte Igueldo vanaf Palacio de Miramar |
Maandag, 18 september - San Sebastián 16°C en miezerig: Het heeft de hele nacht geregend. Trekken we nog een keertje naar San Sebastián in de regen?12.00 u: Met de bus, voorzien van anorak en paraplu, naar de stad. Gisteren zagen we het oude centrum; vandaag blijven we op en rond La Concha. We stappen uit in de buurt van het Palacio de Miramar. Vroeger was dit het "Koninklijk buitenverblijf". De tuinen zijn toegankelijk, het paleis zelf is gesloten. Waarom? Op één van de deuren staat "Entrada". We wagen ons binnen, dwalen wat rond, zien niemand en hebben ondertussen wel een glimp van het interieur van het voormalig paleis opgevangen. Na een fotoshoot wandelen we naar de ander kant van Playa La Concha, naar de haven. Het is onze bedoeling een boottocht te maken op zee, langs de kust en rond het eiland. Bij de haven horen we dat de tocht niet doorgaat. Waarom? Omwille van het weer? Of, te weinig passagiers? 16.00 u: We bussen terug naar de andere kant van de baai, richting Monte Igueldo, tot de Funicula. Boven is er een vuurtoren en een attractiepark. Naar boven met de kabelbaan interesseert ons niet erg. We wandelen liever tot het einde van de baai naar het metalen sculptuur "El Peine del Viento" of "De kam van de Wind" van Eduardo Chillida. Het werk bestaat uit granieten terrassen met daarop drie stukken staal die verankerd zijn aan de rotsen. Doordat het kunstwerk luchtgaten bevat, maakt het tijdens stormachtig weer, door samenspel van de golven en het water, een bijzonder geluid. Op weg naar de bus worden we nog getrakteerd op een show door een wavesurfer die heel dicht tegen de dijk op de golven glijdt. 16.00 u: Bus terug. Einde bezoek aan San Sebastián. Dag 17 - 17 km |
Dinsdag, 19 september - Van San Sebastián naar Le Teich Adios Baskenland en Spanje we rijden naar Nouvelle-Aquitaine in Frankrijk.Dit is een eerste stap van onze terugreis. Het is onze bedoeling niet ver van Bordeaux te overnachten om overmorgen al vroeg in Camping Le Village du Lac in Bordeaux-Bruges te zijn. Het is de camperplaats op Parking Ornithologique in Le Teich geworden. Na een fikse wandeling kruipen we vroeg in ons nest. Dag 19 - 247 km |
Woensdag, 20 september - Van Le Teich naar Bordeaux 22°C, fris windje en eindelijk geen herfstweer meer.De camping is, naar wat we gewoon zijn in het najaar, nogal duur (24 euro - 10 ampère en wifi inbegrepen). Maar, ze ligt niet ver van Bordeaux. Naar de stad kan met de bus-tram maar ook met de fiets. Dat zint ons. Na de lunch vertrekken we. Het fietspad leidt ons met veel ronde punten en door drukke straten tot de Garonne. Rechts de rivier volgen, brengt ons in het historisch centrum. Links komen we bij La Cité du Vin, het Guggenheim van de wijn. Dit imposant, futuristisch museum is sinds verleden jaar de nieuwe attractie in Bordeaux. Het is volledig gewijd aan de geschiedenis en de ontwikkeling van de wijn en alles wat er mee te maken heeft. Een bezoek duurt drie uur en kost 23 euro. Heel interessant maar niet voor deze reis want we blijven maar één dag. We fietsen over de nieuw hefbrug (2013), de Pont Chaban-Delmas naar de andere oever van de Garonne. (Meer info over de brug) Van de Pont Chaban-Delmas trappen we langs de rivier naar de oude brug, de Pont Saint-Pierre. Onderweg stoppen we regelmatig om foto's te nemen en te genieten van het aparte zicht op de overkant. We steken de brug over en zien al direct de Porte de Bourgogne, even verder de Porte Cailhau en arriveren op de spectaculaire Place de la Bourse. Rondom staan, symmetrisch en in U-vorm, 18de eeuwse gebouwen die getuigen van de rijkdom van Bordeaux. Tegenwoordig huisvesten ze de Beurs, de Kamer van Koophandel en douanegebouwen. In het midden van het plein pronkt de fontein van de Drie Gratiën met vlak er voor de "Miroir d'Eau". Regelmatig spuiten duizenden fonteintjes het plein onder water. Als de fonteinen stoppen, ligt er een laagje water van een paar centimeter waarin alles weerspiegelt. Het is er gezellig en vooral druk met het gevolg dat op de foto's niet veel te zien is van reflectie. |
La Cité du Vin Pont Jacques Chaban-Delmas |
Donderdag, 21 september - Van Bordeaux naar Luynes We verkassen van Bordeaux naar Luynes, in de buurt van de stad Tours.15.30 u: Geïnstalleerd op Camping Les Granges. In dezelfde straat is een toeristenbureau waar we een plannetje en info krijgen om met de fiets in Tours te geraken. De rest van de dag doen we het rustig aan. Dag 21 - 339 km |
Tours: Zicht op de Loire vanop de Pont Wilson Tours: Hôtel de Ville - Stadhuis |
Vrijdag, 22 september - Tours 12.30 u: Met de minder drukke weg D76 en D276 fietsen we tot de D952. De D952 is een drukke baan langs de Loire die we moeten delen met het auto's. Dat hebben we voorzien. Daarom dragen we een helm en fluovestjes. Op onze fietsen zijn extra flikkerlichtjes gemonteerd. Na een paar kilometer langs deze "niet zo veilige weg" is er een fietspad langs de Loire tot de Pont Wilson.Op de andere oever van de Loire, in het verlengde van de brug, belanden we in de autovrije Avenue de Grammont. Deze straat is voorbehouden voor voetgangers, fietsers en de tram. Zoals in Bordeaux rijden ook in Tours trams zonder bovenleiding. Op het eerste beste terras nestelen we ons om onze dorst te lessen en om te bekomen van de rit. Tussen de Fontaine de Beaune en de abdijkerk Saint-Julien slaan we de Rue Colbert in die ons naar de Cathédrale Saint-Gatien leidt. Een honderdtal meter verder ligt het voormalig Bisschoppelijk Paleis waar tegenwoordig het Musée des Beaux-Arts gehuisvest is. Het bijhorende park is vrij toegankelijk voor het publiek. We laten onze fietsen beveiligd achter bij de toegangspoort om te genieten van het mooi verzorgd park. De Libanese ceder die er in 1804 geplant is, heeft nu een hoogte van 31 meter en een stamomtrek van 7,5 meter. We pedaleren verder tot de Place du Général Leclerc met het opmerkelijk Centraal Station de Tours. Het mooi aangelegd plein is bijzonder druk. Met de Boulevard Heurteloup fietsen we tot Place Jean Jaurés om er het Hôtel de Ville en het Palais de Justice te zien. Daarna volgen we de pijl "coeur de ville" en komen zo, op weg naar het centrum van de oude stad, voorbij de Opéra de Tours. Vlakbij, in een heel apart café met beschilderd plafond, lassen we een rust- en restostop in. Weer "en route" komen we bij de prachtige Basilique Saint-Martin en de Tour Charlemagne. We ronden ons bezoek aan de stad Tours af op de Place Plumereau, een gezellig, druk plein met veel vakwerkhuizen en vooral veel terrassen. Later stellen we vast dat we nog heel wat gemist hebben. Dat is dan een reden om nog eens terug te komen. De fiets kilometerteller staat op 39,50 km. Dag 22 -
Overnachting: Frankrijk, regio Centre-Val de Loire, departement Indre-et-Loire, 37230 Luynes, Avenue de l'Europe, Camping Les Granges(Acsi) |
Zaterdag, 23 september - Van Luynes via Valery-sur-Somme naar Bourseville Van Luynes rijden we via Chartres, Dreux, Évreux, Rouen en Abbéville naar de Aire de Camping-Car in Saint-Valery-sur-Somme. Het wordt zoeken naar de camperplaats. Als we die uiteindelijk gevonden hebben, horen we dat alle honderd plaatsen volzet zijn. Wat een pech! Of, toch weer niet want wij houden er niet van om in zo'n massa op elkaar geplakt te staan en het kost nog 10 euro ook.Naar Mers-les-Bains of Le Tréport rijden, zal geen oplossing zijn. Met dit nazomertje zullen ook daar alle plaatsen ingenomen zijn. We beslissen om naar de Aire de Camping-Car in Bourseville te rijden. We stonden er vorige reis ook. 17.00 u: Geparkeerd op de camperplaats in Bourseville. Het ligt wat afgelegen maar het is er rustig. We hoeven al die drukte niet. De vijf euro voor het servicepunt en de stroom wordt 's morgens opgehaald. Het wordt de laatste overnachting van onze reis. Morgen plannen we thuis te zijn. Dag 23 - 415 km |
Zondag, 24 september - Van Bourseville naar Veerle-Laakdal Van Bourseville bollen we naar Veerle-Laakdal. Onderweg tanken we nog eens vol. Vier uur later zijn we thuis.Het was een iets kortere maar bijzonder geslaagde reis. In totaal legden we 4250 km af. Dag 24 - 349 km |
FOTOSITE REISVERHALEN Reacties welkom in ons GASTENBOEK
P.S.: Alle gegevens die je hier vindt zoals adressen, prijzen, links naar andere sites, coördinaten, enz. zijn louter ter informatie. Ik ben niet verantwoordelijk voor gegevens die gewijzigd of fout zijn. |